Auteur: Karen Vande wiele

Werken met kastanje

Werken met kastanje

Ze zijn op vele plaatsen talrijk te rapen: de vruchten van de tamme kastanje.  Niet te verwarren met de vruchten  van de wilde kastanje want deze laatste zijn niet eetbaar. Hoe herken je ze? Vooral aan de bolster. De tamme kastanjes komen uit een stekelige bolster, die van de wilde kastanje uit een ietwat gladdere bolster. De wilde kastanjes kunnen wel gebruikt worden om te wassen. Ze bevatten immers saponinen.

Wij gaan om te kokerellen verder met de tamme kastanjes. Het eerste werkje is de vruchten ontdoen van de pel. Dat kan op diverse manieren. Allereerst maak je een kruis in de onderkant van de vrucht. Dan kan je ze of even (een vijftal minuten) in kokend water leggen. Of je legt ze in een oven van zo’n 200 graden gedurende 5-10 minuten. De schil en het velletje zullen makkelijk loskomen. Laat ze echter niet te lang afkoelen want anders gaat het verwijderen weer wat minder vlot.

De heerlijke tamme kastanje, bevat veel koolhydraten en relatief weinig vet. Dat maakt ze wel moeilijker te bewaren. Gemiddeld zo’n 3 weken met schil op een koele droge plaats. Maar erna beginnen ze rimpelen en worden ze dus slecht.  Omdat ik er graag over een aantal maanden ook nog aan de slag mee wil gaan in een workshop ‘ecodesserts maken’ ga ik er een deel opleggen in alcohol.

Inmaken met alcohol

Alcohol heeft conserverende eigenschappen, voor zover het percentage alcohol hoog genoeg is. Suiker en vocht in de in te maken producten kunnen het alcoholgehalte doen dalen. Je hebt toch zo’n 25% nodig om goed te kunnen bewaren. Ik start daarom van een alcohol met 40 graden. En de meest neutrale variant, als je zelf geen pure alcohol wenst aan te schaffen om te verdunnen, is wodka.

 

 

Wat heb je nodig?

  • 150 gram gepelde kastanjes
  • zo’n 500 ml alcohol van 40 graden (wodka)
  • 3 eetlepels gram ruwe rietsuiker
  • 2 vanillestokjes

Doe de gepelde kastanjes in een gesteriliseerde glazen bokaal. Overgiet ze met de alcohol. Voeg de suiker en de vanille stokjes toe. Plaats op een koele donkere plaats om te bewaren.

En voor wie niet wil wachten om de vruchten te consumeren of gebruiken kunnen volgende recepten misschien een inspiratiebron zijn.

Kastanjespread

Heerlijk op pannenkoeken, crackers of brood

Benodigdheden en werkwijze

  • 100 gram gepelde kastanjes
  • 40 ml plantaardige olie – ik heb zelf met koolzaadolie gewerkt omdat die redelijk neutraal is
  • 2 ontpitte dadels
  • 1 koffielepel tahin
  • 1 koffielepel zout
  • 1/2 theelepel citroensap of appelazijn.

Doe alle ingrediënten samen en mix tot een pasta. Indien niet smeuïg genoeg dan voeg je nog een beetje olie toe. Bewaren in de koelkast gedurende een week.

Kastanjedressing of -saus

Een smeuïge crèmeachtige dressing die heel goed tot zijn recht komt bij een herfstslaatje met bijvoorbeeld witloofblaadjes, rode biet, geglaceerde appeltjes en noten. Evt past er ook wel een stukje pittige kaas bij.  Voor de vleesliefhebbers kan je werken met reepjes kip of kalkoen

Benodigdheden en werkwijze

  • 100 gram gepelde  kastanjes
  • 100 ml  room of kokosmelk
  • 1 eetlepel citroensap
  • peper
  • 1 theelepel zout

Doe alle ingrediënten bij elkaar en mix tot een smeuïg geheel. Werk je met gewone room dan krijg je een zachte saus. Met kokosmelk krijg je een ietwat exotischer karakter. Qua kruiding houden we het sober om de smaken van kastanje optimaal te behouden.

Hetzelfde recept kan goed dienst doen als lekker sausje. Voor bij een stukje vlees of voor een heerlijke pasta met nog typische herfsttoppers: paddestoelen. Je maakt de saus volgens recept met gewone room of de kokosmelk. Eens klaar warm je het op. Je zal merken dat de room heel goed blendt met de kastanjes. Zoals reeds gezegd zijn deze laatste zeer koolhydraatrijk. Ideaal dus voor mooie egale sauzen en dressings te krijgen. En volledig glutenvrij wie daar moet of wil op letten.

Herfstsoep
  • 100 gram gepelde kastanjes
  • 1 ui
  • 1  stok prei
  • 1/4 stuk knolselder
  • 3 theelepels kruidenzout
  • peper
  • 3 eetlepels olijfolie
  • 2-3 liter water
Was en snijd de groenten.  Verwarm de olie en stoof de groenten kort. Voeg het water , het zout  en de kruiden toe. Doe er dan de kastanjes bij. Laat zachtjes koken gedurende 20 minuten tot alle groenten zacht zijn. Mix het geheel.
Uiteraard kan je knolselder ook vervangen door andere herfsttoppers zoals pastinaak of aardpeer.
Chocolademousse met krokante kastanjes
Een apart dessertje
Voor 4 potjes
  • 100 gram donkere chocolade
  • 4 eiwitten
  • 2 eierdooiers
  • 3 lepels ahornsiroop
  • scheutje (kokos)room
  • snuifje zout
  • 50 gram gepelde kastanjes
  • arachideolie
  • 1/4 theelepel koekkruiden
  • 2 eetlepels ahornsiroop
Smelt de chocolade au bain marie. Eens gesmolten doe je er de room bij en meng goed door. Voeg er vervolgens de eierdooiers en de ahornsiroop aan toe. Klop de eiwitten stijf met een snuifje zout. Voeg de chocolade toe aan het eiwit en schep alles voorzichtig onder elkaar. Zet gedurende 2-3 uur in de koelkast
Hak de kastanjes grof. Meng de ahornsiroop met de koekkruiden. ‘Wentel’ er de kastanjes door. Bak ze vervolgens gedurende een paar minuten krokant op een  pan in een beetje arachideolie. Blijf voortdurend roeren om aanbakken te vermijden.
Verdeel de gearomatiseerde kastanjes over de potjes chocomousse ter garnering.

Hyssop (Hyssopus officinalis)

Hyssop is een struikachtig plantje van zo’n 60 cm hoog dat deel uitmaakt van de familie van de lipbloemigen of muntfamilie.  Heel veel aromatische planten behoren tot deze familie zoals pepermunt, citroenmelisse, gember. Net zoals alle planten werken aromatische planten onstekingsremmend. Kenmerkend voor deze planten is dat ze in staat zijn om spanningen op diverse plaatsen te verzachten. Zo werken ze ondersteunend voor spijsvertering, zenuwstelsel, vatenstelsel en luchtwegen.  Aromatische planten kennen hun toepassingen in zowel aroma- als fytotherapie en zijn uitstekend om tisanes van te maken.

Hyssop oogt zeer mooi in de tuin dankzij de paars-blauwe bloemetjes. Al zijn er  ook varianten met witte en roze bloemen. De plant kan door imkers gebruikt worden als lokplant voor bijen. Verder is hyssop interessant in de moestuin omdat slakken en koolwitjes er niet dol op zijn en zo op afstand blijven. De plant is inheems in  Zuid-Europa, in West-Azië en Marokko. Dankzij de Benedictijnen is de plant in de middeleeuwen in Midden Europa geraakt waar het toen een zeer gegeerd kruid was.

Blad en bloeiende toppen kunnen in de keuken gebruikt worden. Ze hebben een ietwat bittere-muntachtige smaak. Het kruid past bijvoorbeld  zeer goed in vleesgerechten , stoofpotjes of in soepen. Verder doet het dienst om diverse likeuren op smaak te brengen zoals Chartreuse.

Naar ondersteuning voor het lichaam is hysop bijzonder interessant voor de luchtwegen. Het bevordert het ophoesten en oplossen van slijmen. Het is verder ook hoeststillend en heeft onstekingsremmende eigenschappen op de longslijmvliezen. Hyssop remt de zweetsecretie en werkt koortwerend. Aangezien hysop een aromatische plant is, werkt ze tevens ook verzachtend op zenuwstelsel en dankzij de aanwezige bitterstoffen is dit kruid ook spijsverteringsbevorderend. Een goede manier voor het nuttigen van het kruid is via een tisane in combinatie met aantal andere planten die een gelijkaardige werking hebben. Wij maken gebruik van hyssop in de tisane ‘Verademing’.

Uitwendig vermindert de plant zwellingen en werkt hij ontsmettend en wondhelend.

Er kan ook etherische olie gewonnen  worden uit deze plant maar de opbrengt is zeer laag. Dat maakt de olie dan ook bijzonder prijzig. De parfumindustrie maakt er spaarzaam gebruik van. De geur is eerder zoet, kamferachtig met houtige ondertoon. Omwille van het hoge gehalte aan ketonen wordt de etherische olie van Hyssopus officinalis afgeraden, zeker voor inwendig gebruik. Een veiligere variant is hyssop decumbens.

Linzencakejes met appel-druiven chutney

 

Een gerechtje dat op diverse momenten van de dag kan gegeten worden: als lunch met een salade bij, als hartig tussendoortje of ’s avonds met warme groenten.

 

 

 

 

Voor 6 linzencakes

  • 350 gram gekookte (gele) linzen
  • 75 gram hazelnoten
  • 4-5 eetlepels olijfolie
  • 1 flinke koffielepel zout
  • 1/4 koffielepel kurkuma
  • 1 flinke koffielepel ortiga kruiden ‘pittig’

Vermaal eerst de hazelnoten fijn in een blender. Doe er vervolgens de gekookte en afgekoelde linzen bij en vermaal tot een smeuïg geheel. Voeg tenslotte de olijfolie en kruiden toe en meng alles tot een gladde pasta.

Doe de pasta in cakevormpjes of muffinvormpjes. Besprenkel de bovenkant met olijfolie omdat dit anders wat droog kan zijn. Bak ze in een voorverwarmde oven op 160-180 graden gedurende 15 tot 20 minuten.

Voor de chutney

  • 500 gram appelen
  • 200 gram blauwe druiven
  • 1 kleine ui
  • stukje gember van 2 cm
  • 75 ml  appelazijn
  • 25-50 ml water
  • 3 eetlepels ahornsiroop
  • 1 koffielepel zout
  • 2 koffielepels ortiga kruiden ‘garam masala’
  • 2 eetlepels olijfolie

Snijd de apppelen in stukjes. Snipper de ui fijn. Bak de ui samen met de geraspte gember in de olijfolie gedurende een paar minuten. Voeg de appelstukjes toe en bodempje water. Laat dit zo’n 3-5 minuten sudderen. Voeg vervolgens appelazijn, de kruiden, het zout en rest van het water toe. Laat alles op een zeer laag vuurtje sudderen gedurende 30 minuten. Voeg er tenslotte de druiven aan toe en laat nog zo’n 10 minuten sudderen tot het meeste vocht verdampt is en de vruchten zacht zijn. Doe de warme chutney in gesteriliseerde bokalen en zet omgekeerd.

Voor de linzencakes werk ik steeds met gele linzen (mung dhal). Deze zijn te koop in een Asiatische winkel. Maar je kan het gerust ook proberen met andere soorten linzen. Het voordeel van de gele linzen is dat je die niet vooraf hoeft te weken. Enkel koken gedurende 20 minuten.

Voor de chutney kan je gerust de druiven vervangen door pruimen of zelfs met gedroogde vruchten werken.

Canadese guldenroede (Solidago canadensis)

 

De naam ‘guldenroede’ verwijst naar de kaarsrechte stengel die doet denken aan een roede met goudgele bloemen, vandaar ‘gulden’. De Latijnse benaming ‘Solidago’ verwijst naar ‘solidare agare’ wat zoveel betekent als gezond maken, helen.  De normale bloeitijd voor deze plant is augustus-september. Net zoals vele anderen is ze dit jaar voor op haar bloeitijd. Hij stond immers al welig in bloei in juli.  Mijn oog viel er voor het eerst op tijdens de wildpluksessie in juli waar hij ook pronkte in Lieve haar toekomstige tuin. Ondertussen heb ik hem ook bij ons gespot. 

Hij groeit vooral op ruige stukken grond, langs boskanten of waterkanten. Hij komt tegenwoordig bijzonder veel voor en is best wel een woekeraar te noemen. Dit in tegenstelling tot de echte Guldenroede, die in het wild eerder zeldzaam is geworden.

In tuinen vind je deze plant ook vaak terug, hij is immers ook een bijzonder goede bijenplant. Door zijn invasief karakter is het wel raadzaam om hem goed op te volgen, anders overwoekert hij in een mum van tijd andere planten.

Naar ondersteunende werking is het zo dat er heel veel soorten uit de  Solidago familie bestaan die min of meer helende eigenschappen vertonen. Vroeger vond je guldenroede terug in zowat alle wondkruidmengels ter verlichting van tandpijn, keelpijn en ter verzorging van wonden. De Indianen in Noord Amerika gebruikten de Canadese soort vooral om keelpijn te verzachten. In Europa ontdekte men in de 13e eeuw dat  de echte guldenroede bijzonder helende eigenschappen heeft op vlak van de nieren.Vandaag is de plant nog steeds ingeburgerd in de volksgeneeskunde als tonicum voor de nieren maar evenzeer inzetbaar bij vochtophopingen, als reiniger, ter verzachting van keelpijn of ter verzorging van wonden. Een bijzonder veelzijdige plant. 

 

Wat mij is bijgebleven op de wildpluk is dat je van deze plant een ‘zijdezachte olie’ kan maken om je huid mee in te strijken. We namen graag de proef op de som en hebben dus een maceraat gemaakt van de bloem op amandelolie die we vier weken hebben laten trekken. Wetende dat de plant wondhelend werkt zullen we hiervan ook nuttig gebruik maken om een zalf mee te maken.